Wham!
Als Georgios Kyriacos Panayiotou begin jaren tachtig met zijn familie naar Radlett verhuist, raakt hij op de Bushey Meads School in het naastgelegen Bushey bevriend met Andrew Ridgeley. De twee ontdekken al snel dat ze beide de ambitie hebben om muzikant te worden. Na een kortstondig avontuur met schoolvrienden in skaband The Executive ontstaat Wham! In de eerste periode daarna doen de twee er alles aan om een voet tussen de deur te krijgen bij een platenmaatschappij. Als Andrew een demotape aan Mark Dean geeft, die Innervision Records is begonnen, is dat het begin van een avontuur dat vier jaar zou duren. Niet alleen boeken ze succes in hun thuisland, ook Amerika wordt veroverd en de twee weten zelfs een brug te slaan naar China. Met hun succes en de toenemende wens om zich te richten op een meer volwassen publiek is een einde echter onvermijdelijk.
Wie aan Wham! denkt, zal toch vooral denken aan George Michael. Heel logisch, want het is de tweemangroep waarin Michael in rap tempo opgroeide voordat hij een wereldster werd. Toch doe je het duo daar ook mee te kort. Zo is de groep een van de meest succesvolle pop acts uit de jaren 80 en verkochten ze van 1982 tot en met 1986 maar liefst 30 miljoen albums. Een deel van de eerste gedachte is ongetwijfeld ontstaan door het feit dat Michael zich in de eerste jaren na het opdoeken van de band niet altijd even positief uitliet over het avontuur. Zo sprak hij minachtend over enkele van de videoclips en liedjes uit het Wham!-repertoire, beklaagde hij zich over de constante druk die hij voelde en beweerde hij dat ze financieel flink waren uitgebuit. Op zich interessante kwesties om eens in te duiken. Echter, behalve een wat oppervlakkige melding over een niet bepaald gunstig eerste contract doet deze documentaire dat in zijn geheel niet.
Wat we hier wel krijgen voorgeschoteld is een overwegend vrolijke documentaire die een leuk tijdsbeeld geeft. Overwegend, want wat opvalt is dat er veel aandacht is ingeruimd voor de psyche van George Michael. Zo is hij aan de ene kant heel erg onzeker, met name over zijn uiterlijk, maar heeft hij aan de andere kant een behoorlijk ego. Het laatste uit zich bijvoorbeeld in het passeren van de legendarische Jerry Wexler bij de mix van Careless Whisper, om deze vervolgens zelf te produceren volgens eigen wensen. Ook is er de nadrukkelijke wens om in 1984 vier nummer 1-hits te hebben. Iets wat overigens niet lukt door Band Aids’ Do They Know It’s Christmas. Dat Michael daar zelf een aandeel in heeft zorgt dan ook voor dubbele gevoelens. En dan is natuurlijk nog de worsteling met zijn seksuele geaardheid. Iets wat hij al in een vroeg stadium deelt met Ridgeley, maar waar later in zijn carrière eigenlijk geen plek meer voor lijkt te zijn. Het is een interessante, maar hier ogenschijnlijk bewust oppervlakkig blijvende laag in het verhaal van Wham!.
Een ander belangrijke sluier die over het verhaal hangt is het onvermijdelijke einde van de groep. Waar Ridgeley in eerste instantie degene is die Michael meetrekt en de twee in de begindagen samen verantwoordelijk zijn voor de songs, wordt namelijk al snel duidelijk dat Michael flinke stappen zet in zijn ontwikkeling en dan met name als songwriter. Het zijn stappen die Ridgeley nooit weet te maken. Michael neemt steeds meer de creatieve controle op zich en vanaf die tijd lijkt een einde eigenlijk vooral een kwestie van tijd. Een einde waar Ridgeley zich ogenlijk zonder moeite en met de nodige realiteitszin bij neer weet te leggen. Maar ondanks dat George Michael er altijd wel had gekomen, was het maar de vraag geweest hoe alles was gelopen zonder die eerste aanmoedigingen van Ridgeley. Het is een boeiend verloop met een geschiedenis die bij velen in grote lijnen bekend zal zijn. Toch is de documentaire een fijne manier om de muziek van Wham! en hun twee leden te vieren. De chronologische opzet werkt prima en wordt leuk vorm gegeven aan de hand van de pakweg 50 plakboeken die Ridgeleys’ moeder bijhield in die jaren.
Wham! is een prettige wijze om de muziek van de groep te vieren. De opzet is nergens vernieuwend en ook zal de kenner links en rechts wat belangrijke stukken missen. Zo horen we niks over de bepaald niet vriendelijke breuk met Innervision Records. Maar dit alles past wel in de nostalgische trip die beoogd wordt; het wordt nergens echt diepgravend, maar is juist daarom als geheel wel voor een bredere doelgroep interessant. Als richting het einde George Michael afzwaait en het The Final-concert concert wordt gegeven valt daarnaast eigenlijk nergens een negatieve noot te horen. Het was onvermijdelijk en in die relatief korte periode van vier jaar tijd haalde Wham! alles eruit wat erin zat. Dat George Michael vervolgens zijn vleugels verder uitsloeg met een uiterst succesvolle solocarrière is een nieuw hoofdstuk in zijn carrière en onderdeel van een ander boek. Feit is wel dat het Wham!-hoofdstuk van zijn verhaal hier alle eer aan wordt gedaan.
Beoordeling
- Film
- Eindcijfer