Take 2 | A Fistful of Dollars

Met grof geweld, politiek incorrecte thema’s en verbluffende stilering betekende Per un pugno di dollari de doorbraak van de spaghettiwestern. Een genre dat zijn naam dankt aan het feit dat de films door Italiaanse studio’s zijn geproduceerd. De film wordt door velen als invloedrijk gezien en zou tevens dienen als blauwdruk voor vele films in zijn genre. De film lanceerde ook de carrière van Clint Eastwood, wiens ‘man zonder naam’ je zo kan uittekenen met zijn lange gestalte, grimmig gezicht en een smeulende sigaar in een mondhoek. Met droge humor, een iconisch hoofdpersonage, weinig dialogen en opera-achtige dramatiek staat deze remake centraal in onze rubriek Take 2. Een rubriek over remakes of films die op een andere wijze een tweede leven kregen.

In het tweede deel van de jaren vijftig was de Amerikaanse western niet meer wat het ooit geweest was. Dat wist Sergio Leone ook, evenals dat er in Europa nog zeker een markt was voor western. Hij nam de films en het publiek goed in zich op en maakte een western op de Italiaanse manier waarbij hij het verhaal letterlijk leende van Akira Kurosawa’s Yojimbo. Dit ging zover dat hij sommige scènes en stukken dialoog letterlijk kopieerde. Dat de film zoveel op Yojimbo leek resulteerde uiteindelijk zelfs in problemen bij de release in de Verenigde Staten, omdat de schrijvers van Yojimbo Leone hadden aangeklaagd. Zij werden in het gelijk gesteld en Leone moest 15% van de opbrengsten aan hen afstaan. Het idee om een Japanse samoeraifilm tot een western te vertalen was overigens ook al niet origineel; John Sturges had dit eerder met veel succes gedaan met The Magnificent Seven.

Toch wist Leone zijn stempel op de film te drukken met een eigen stijl die geïnspireerd was door het werk van met name John Ford en Akira Kurosawa. En wat heet, de film kan stilistisch gezien gerust revolutionair genoemd worden. Achteraf gezien was het wellicht allemaal een vingeroefening voor wat nog komen ging voor Leone, maar de geluids-, montage- en cameratechnieken zouden nog ontelbare malen worden geïmiteerd. De promotie van de film verliep echter niet zonder slag of stoot. We moeten hierbij niet vergeten dat de film feitelijk een lowbudgetproductie was met een minimale speelduur en dat Leone in die tijd nog onbekend was. Het maakte dat geen enkele grote distributeur zijn vingers wilde branden aan deze nep-western met een onbekende regisseur.

Ondanks dat ook de recensies in het thuisland vernietigend waren vergaarde de film al snel wel een zekere populariteit. De film was bij de bioscooprelease in Italië zelfs de meest succesvolle film tot op dat moment. Toen de film in 1967, drie jaar na de originele release, eindelijk vertoond werd in de Verenigde Staten werd de film niet begrepen. Iets dat ook gold voor het succes van Eastwood in Italië. Critici noemden de film bijvoorbeeld aanstootgevend, verstoken van menselijkheid of zelfs een parodie en de overstap van Eastwood naar Italië werd eerder gezien als stap achteruit dan als carrière-ontwikkeling. Toen de film in 1975 voor het eerst op televisienetwerk ABC te zien was werd er zelfs een proloog aan de film toegevoegd van een kleine vijf minuten. Dit om het hoofdpersonage te contextualiseren en het geweld te rechtvaardigen.

“You said: “When the man with a pistol meets the man with a Winchester, the man with a pistol is a dead man”. Lets find out.”

Hoe anders staan de zaken vandaag de dag. Toen men in 2014 de vijftigste verjaardag van de spaghetti-western besloot te vieren op het Cannes Filmfestival gebeurde dit zelfs door uitgerekend deze ooit bijna verguisde film te vertonen. Het is de erkenning die de film meer dan verdient. Opgenomen in de legendarische Cinecittà in Rome, en op locatie in de Tabernaswoestijn en Madrid, heeft de film veel herkenbare stijlmoment. Denk maar eens aan de trage spanningsopbouw, gevolgd door de snelle actie en de muziek van Ennio Morricone. De film staat dan ook nog steeds als een huis en dient als voorbeeld voor velen. Het is interessant om te zien hoe Leone het aandurfde om de western onconventioneel te benaderen en zo eigenhandig een nieuw genre wist te creëren. Ondanks dat hij slechts zeven films regisseerde staat hij mede hierdoor dan ook niet voor niets te boek als één van de grootste filmmakers aller tijden.

Yojimbo kreeg een Take 2. Een onofficiële remake die in eerste instantie niet bepaald positief werd ontvangen en lang min of meer werd genegeerd. Toch had de film zeker een fanbase en wordt de film de laatste jaren echt op waarde geschat. Quentin Tarantino ging zelfs zover om de film te loven met woorden als “the greatest achievement in the history of Cinema”. Wellicht gaat dit wat ver, maar revolutionair is de film zeker en het is heerlijk om je onder te dompelen in de kenmerkende stijl van Sergio Leone. Een stijl die hij later met films als The Good, the Bad and the Ugly en  C’era una volta il West wist te perfectioneren. De film was de eerste in een lange reeks spaghettiwesterns, een genre dat zijn hoogtepunt kende tussen 1966 en 1967, en vormt het eerste deel van de Dollars-trilogie, die verder bestaat uit For a Few Dollars More en het eerder genoemde The Good, the Bad and the Ugly.

In de rubriek Take 2 verschenen eerder artikelen over: The Man Who Knew Too Much | The Departed | Ocean’s Eleven | Invasion of the Body Snatchers | Scarface | Insomnia | Sorcerer

29 augustus, 2018

Meepraten over dit artikel

Geef een reactie